Aanmaken van concepten enkel- en meervoudig#
Concepten aanmaken in de OTL-manager#
Concepten aanmaken in de OTL-manager
- Selecteer via de versieselectie de werkversie.
- Kies daarna in welke RFC je de wijzigingen die je maakt wilt opnemen.
- Selecteer vervolgens de bewerkmodus door te switchen van bekijken naar bewerken
- Rechtsboven de tabel verschijnt de button om nieuwe concepten toe te voegen. Je kunt hier kiezen om een enkel concept aan te maken of meerdere concepten te gelijk. Lees hieronder meer over een enkele of meerdere concepten aan te maken.
Een enkel concept aanmaken#
Een enkel concept aanmaken
Kies eerst het type concept wat je aan wil maken; Klassen, Waardetypen, Eigenschappen en Individuen.
Klasse
- Voeg eerst de naam van de nieuwe klasse toe.
- Als je het naamveld verlaat wordt in het IRI-veld automatisch een IRI gegenereerd voor de nieuwe klasse.
- Geef aan of deze klasse een supertype of suptypen heeft zodat het nieuw aangemaakte concept terugkomt in de taxonomie nadat je deze hebt aangemaakt. Dit is niet verplicht.
- Klik op de knop aanmaken. Je nieuwe concept wordt nu aangemaakt.
Kenmerk
- Kies voor een kenmerk eerst een domein (de klasse waarop het kenmerk is gedefinieerd) en een bereik (de waarde waar het kenmerk naar verwijst)
- Op basis van het domein en bereik geeft de applicatie een of meer suggesties voor de naamgeving.
- Als je het naamveld verlaat wordt in het IRI-veld automatisch een IRI gegenereerd voor het nieuwe kenmerk.
- Vervolgens kun je het kenmerk ook een super- of subtype geven.
- Klik op de knop aanmaken. Je nieuwe concept wordt nu aangemaakt.
Relatie
- Kies voor een relatie eerst een domein (de klasse waarop de relatie is gedefinieerd) en een bereik (de klasse waar de relatie naar verwijst).
- Op basis van het domein en bereik geeft de applicatie een of meer suggesties voor de naamgeving.
- Als je het naamveld verlaat wordt in het IRI-veld automatisch een IRI gegenereerd voor de nieuwe relatie.
- Vervolgens kun je het kenmerk ook een super- of subtype geven. Wanneer je te maken hebt met een decompositierelatie kun je deze hier als supertype toevoegen.
- Klik op de knop aanmaken. Je nieuwe concept wordt nu aangemaakt.
Waarde
- Voeg eerst de naam van de nieuwe waarde toe.
- Als je het naamveld verlaat wordt in het IRI-veld automatisch een IRI gegenereerd voor de nieuwe waarde.
- Vervolgens kun je het kenmerk ook (meerdere) super- of subtypes geven. Bijvoorbeeld de algemene waarde oppervlak als supertype van; Betonoppervlakte, Raamoppervlakte etc.
- Klik op de knop aanmaken. Je nieuwe concept wordt nu aangemaakt. In de volgende stap kun je aangeven wat voor exacte waarde het concept is.
Individu
- Voeg eerst de naam van het nieuwe individu toe.
- Als je het naamveld verlaat wordt in het IRI-veld automatisch een IRI gegenereerd voor de nieuwe klasse.
- Als het individu een instantie is van een ander concept kun je deze kiezen bij instantie van.
- Klik op de knop aanmaken. Je nieuwe concept wordt nu aangemaakt.
Meerdere concepten aanmaken#
Per type concept werkt het aanmaken van meerdere concepten net wat anders. Momenteel is het mogelijk om klassen als taxonomie of als decompositie (alleen als het model zo is ingesteld) aan te maken. Daarnaast kun je ook meerdere kenmerken of relaties aanmaken. Kies eerst het type voor de concepten die je aan wil maken.
Klasse – Taxonomie
In deze view kun je meerdere concepten aanmaken en deze ook meteen de taxonomie meegeven.
- Vul op de eerste regel de naam van de klasse in, vervolgens wordt ook hier automatisch de IRI aangemaakt.
- Wil je een nieuwe klasse op hetzelfde niveau aanmaken klik dan op de knop “+ nieuw concept”. Vervolgens verschijnt er eenzelfde regel.
- Wil je een nieuwe klasse aanmaken die een subtype is van de klasse die je net hebt ingevuld klik dan op het eerste icoon aan het einde van de regel “Maak subtype aan”. Vervolgens verschijnt er een nieuw regel als onderdeel van de regel erboven.
- Als je alle verschillende klassen hebt aangemaakt klik dan op de button “Aanmaken”. De nieuwe klassen worden aangemaakt met de taxonomie als aangegeven.
Klasse – Decompositie
In deze view kun je meerdere concepten aanmaken en deze ook meteen aan elkaar verbinden deze concepten krijgen dan een decompositierelatie.
- Kies eerst de naam voor de relatie bijvoorbeeld heeft onderdeel of bestaat uit.
- Wil je ook de naam van de klasse opnemen in de eigenschapnaam voeg die dan toe door ‘{domein}’ en/of ‘{bereik}’ toe te voegen op de plek waar je deze naam wilt zien.
- Vul op de eerste regel de naam van de klasse in, vervolgens wordt ook hier automatisch de IRI aangemaakt.
- Wil je een nieuwe klasse op hetzelfde niveau aanmaken die geen decompositierelatie met elkaar hebben maar wel andere klassen met eenzelfde decompositierelatie hebben klik dan op de knop “+ nieuw concept”. Vervolgens verschijnt er eenzelfde regel.
- Wil je een nieuwe klasse aanmaken die een decompositierelatie heeft met de klasse die je net hebt ingevuld klik dan op het eerste icoon aan het einde van de regel “Maak klasse met decompositierelatie aan”. Vervolgens verschijnt er een nieuw regel als onderdeel van de regel erboven.
- Als je alle verschillende klassen hebt aangemaakt klik dan op de button “Aanmaken”. De nieuwe klassen worden aangemaakt met de decompositierelatie als aangegeven.
Kenmerken
In deze view kun je meerdere kenmerken aanmaken voor verschillende klassen.
- Selecteer de domein klasse (de klasse waarop het kenmerk van toepassing is) en het bereik van de het kenmerk (dit is in het geval van een kenmerk altijd een waarde). Bijvoorbeeld Muur (domein) en Lengte (Waarde).
- Kies vervolgens een naam voor de eigenschap hiervoor wordt een suggestie gegeven op basis van het ingevulde domein en bereik.
- Vervolgens wordt automatisch de IRI gegenereerd.
- Geef aan het einde van de regel eventueel aan wat de kardinaliteit van het kenmerk is.
- Voeg met de knop + nieuw concept een nieuwe regel voor een nieuw kenmerk toe.
- Voeg alle nieuwe kenmerken toe door op de knop aanmaken te klikken.
Relaties
In deze view kun je meerdere relaties tussen verschillende klassen aanleggen.
- Als de relatie een decompositierelatie zou moeten zijn selecteert dan als supertype de relatie die gebruikt wordt voor de decompositierelatie.
- Selecteer de domeinklasse (de klasse waar van de relatie start) en het bereik van de de relatie (de klasse waarnaar de relatie verwijst). Bijvoorbeeld Muur (domein) en Raamkozijn (bereik).
- Kies vervolgens een naam voor de relatie hiervoor wordt een suggestie gegeven op basis van het ingevulde domein en bereik.
- Vervolgens wordt automatisch de IRI gegenereerd.
- Geef aan het einde van de regel eventueel aan wat de kardinaliteit van het kenmerk is.
- Voeg met de knop + nieuw concept een nieuwe regel voor een nieuwe relatie toe.
- Voeg alle nieuwe relaties toe door op de knop aanmaken te klikken.